Voor de zzp’er die zelfstandig werkt en echt een zelfstandige ondernemer is, verandert er niets. In die gevallen is er immers geen sprake van een vorm van werknemerschap.

Er gaat wel een overgangsperiode van 1 jaar gelden waarin werkgevers en werkenden nog geen boete krijgen als zij kunnen bewijzen dat zij stappen zetten tegen schijnzelfstandigheid. De ANKO is positief, omdat dit meer duidelijkheid geeft over wanneer er sprake is van werknemerschap en wanneer van ondernemerschap. Vormen van oneigenlijke zelfstandigheid, dus schijnzelfstandigheid, worden daarmee tegengegaan.

Modelovereenkomst

De Belastingdienst keurde tot nu toe ook modelovereenkomsten goed waarmee een zzp’er kon aantonen dan hij echt een ondernemer is. Dit gaat de Belastingdienst niet meer doen. Een modelovereenkomst gaat geen zekerheid geven over het werken als zzp’er. Bepalend is hoe er echt wordt gewerkt, niet wat er in een contract staat.

Wanneer werknemer, wanneer zzp’er?

De wet bepaalt dat je werknemer bent als er sprake is van:

• een gezagsverhouding. De werkgever bepaalt wat de werknemer moet doen en staat in hiërarchie boven de werknemer;
• er wordt persoonlijke arbeid of een dienst verricht en dat gedurende een zekere tijd;
• de werkgever betaalt voor de arbeid of de dienst loon (een vergoeding kan gezien worden als loon).

Indien bovengenoemde situaties aan de orde zijn, kan het zo zijn dat er sprake is van een werknemer en niet een zzp’er en dan loopt zowel de opdrachtgever als de zzp’er een risico.