Aan de leiding: Jolanda van Leent van Haarstudio H!PP
Na een jaar van hot naar her te rijden om bij mensen thuis te knippen, transformeerde Jolanda van Leent de garage van haar man met twee stoelen en een wasbak tot haar eigen kapsalon. Maar ze miste de gezelligheid van collega’s. Daarom nam ze in oktober 2012 haar eerste medewerker in dienst. Slapeloze nachten had ze van tevoren; moest ze dit nu wel doen? Inmiddels is met een zeskoppig team en een prachtig winkelpand in Voorburg, haar droom werkelijkheid geworden: Haarstudio H!PP is een succes!
De slapeloze nachten waren snel voorbij. Wel is ze zichzelf meerdere keren tegengekomen, want voor het eerst leidinggeven is niet gemakkelijk. Ze vertelt over haar vijf leerpunten.
1. Personeel in dienst nemen is doodeng
“De stap om personeel in dienst te nemen is groot. Ineens ben je verantwoordelijk voor het inkomen van iemand anders. Je wilt nóg beter je best doen om een succes te maken van de salon, omdat je nu ook medewerkers hebt die daar belang bij hebben. Je wilt voor hen zorgen. Als er problemen ontstaan in de zaak, is dat niet langer alleen jouw probleem, maar ook dat van je medewerkers.”
2. Luister naar de mensen die je vertrouwt
“Slapeloze nachten had ik toen ik overwoog om mijn eerste medewerker aan te trekken. Gelukkig heb ik een ondernemende man achter me staan die vond dat ik ervoor moest gaan. Dat was het zetje dat ik nodig had. Ik bood een oud-collega, die ik door en door ken en van wie ik wist dat ze werk zocht, een baan aan en samen zetten we H!PP op. Met haar kan ik goed sparren en ik kan rekenen op haar eerlijke feedback. Ook onze derde collega kenden we allebei en zo verzamelde ik mensen om me heen die ik kende en vertrouwde. Dat vind ik ontzettend belangrijk. Ondernemen brengt onzekerheden met zich mee en ik vroeg me regelmatig af of ik het allemaal wel goed deed. Dan is het prettig als je een vriendin, moeder, collega of partner hebt die vertrouwen in je heeft.”
3. Zakelijk en privé gescheiden houden is een kunst
“Maar je neemt ook een risico door bekenden aan te nemen. Wat als er een zakelijk conflict ontstaat? En hoe houd je zakelijk en privé gescheiden? Op het moment dat ik mijn eerste twee medewerkers aannam, had ik immers al een goede vriendschap met hen. Ik kwam erachter dat het ontzettend belangrijk is om heldere afspraken te maken. Dat je duidelijk maakt wat je van elkaar verwacht. En dat je open naar elkaar bent en het allebei eerlijk zegt als je iets dwars zit.”
4. Een topteam ontstaat niet vanzelf
“Op dit moment bestaat ons team uit zes personen en nog steeds vind ik het belangrijk om hen allemaal te betrekken bij de zaak. Dat komt niet vanzelf. Hoewel ik werkbesprekingen altijd onzin vond, heb ik inmiddels geleerd dat ze me veel opleveren. Door functioneringsgesprekken goed voor te bereiden, er de tijd voor te nemen en medewerkers de vrijheid te geven om alles op tafel te leggen, ontstaat er een fijne sfeer waarin je veel met elkaar kunt bespreken en elkaar beter begrijpt.”
5. De manier waarop je iets zegt maakt het verschil
“Lastige momenten ontstaan als je iemand ergens op aanspreekt of als er ruzies zijn. Daarom heb ik een assertiviteitstraining gevolgd. Wat kun je wel en wat kun je niet zeggen? Hoe breng je een gevoelig onderwerp op tafel? Een balanscoach leerde me hoe belangrijk het is om de juiste woorden te kiezen en om begrip te tonen voor de ander. Iedereen heeft zijn of haar eigen waarheid en daar mag je nooit iemand op afstraffen. Je kunt niet keihard tegen je medewerker zeggen dat hij of zij iets fout doet. Beter kun je je proberen in te leven in waarom diegene zo handelt en aangeven dat je wilt dat dit niet meer gebeurt. Het is een spel waarbij je medewerkers in hun waarde laat en zich goed laat voelen.”
Dit artikel staat in ANKO Kapperszaken #1 2017